Kroeskarper

Carassius carassius




De Kroeskarper Carassius carassius is een vis, die voorkomt in stilstaand en plantenrijk water, zoals in rivierdalen, moerassen, plassen, meren, overstromingsgebieden van rivieren en afgesneden meanders.

Deze vis meet tot 40 cm en kan tot 1 kg wegen. Hij heeft een hoge rug, een kleine kop en geen baarddraden. De tot 300.000 eitjes worden afgezet op planten.

Het voedsel bestaat vooral uit diertjes zoals muggenlarven, zoöplankton en eendagsvliegenlarven. Deze soort is tamelijk goed bestand tegen een laag zuurstofgehalte en een lage zuurtegraad. Ingegraven in de modder is hij in staat om strenge winters te overleven.

Overstromingsgebieden zijn voor deze vis belangrijk als paaiplaatsen. Ruiming van de planten is nefast voor het visbroed. De verdere ontwikkeling van de zogenaamde wetlands (natte gebieden) zal gunstig uitvallen voor deze soort.
Het is een zeer resistente soort, die extreme milieuomstandigheden kan overleven (bijvoorbeeld pH tot 4,5, zuurstofverzadigingen tot 10 %, hoge temperaturen).

De eerste oorzaak van de achteruitgang van de rivierpopulaties van deze soort ligt waarschijnlijk in het vernietigen van zijn voorkeurbiotoop. Ondiepe, plantenrijke plassen, moerassen en dode rivierarmen worden in toenemende mate drooggelegd. Daarnaast worden de riviertjes, waar nog een rijke plantengroei voorkomt, vaak meerdere malen per jaar geruimd.

De waterkwaliteit is gezien de resistentie van deze soort waarschijnlijk enkel bij extreme vervuiling belangrijk. De bescherming en het eventueel herstel van specifieke biotopen in bepaalde riviertrajecten is de meest zinvolle manier om deze vissoort te beschermen.