Kattendoorn

Ononis spinosa





De Kattendoorn  Ononis spinosa  groeit op een droge bodem in bosranden, wegbermen en holle wegen, op droge, begraasde graslanden, in uiterwaarden, langs grote rivieren en ook aan de kust. De standplaats is meestal zonnig, weinig bemest en liefst kalkhoudend. De plant bloeit van juni tot september met roze-witte bloemen. De bladeren zijn handvormig samengesteld. De wortel is een penwortel. Doordat deze vlinderbloemige plant scherpe doornen bevat, wordt ze gemeden door vee.

Vermesting heeft de plant doen achteruitgegaan. De perceelsranden, vooral deze in de nabije omgeving van de potentiële groeiplaatsen (zoals holle wegen) moeten voor deze plant gevrijwaard blijven van bemesting.

Bij maaiactiviteiten dient het maaisel onmiddellijk te worden afgevoerd, dit om de grond voedselarm te houden.

De Kattendoorn is één van de waardplanten van de vlinders Boterbloempje Pseudopanthera macularia, Kleine Hageheld Lasiocampa trifolii en Icarusblauwtje Polyommatus icarus.