Gehoornde Metselbij

Osmia cornuta






De Gehoornde Metselbij Osmia cornuta meet tot 15 mm en komt van begin maart tot eind mei algemeen voor in allerlei biotopen, ook in stedelijke gebieden.

Het vrouwtje heeft een wollig uitzicht en 2 naar binnen gebogen hoorntjes op de zwart behaarde kop. Het borststuk is zwart behaard. 
Het mannetje is slanker gebouwd. De antennes zijn veel langer dan deze van het vrouwtje. Het gezicht is wit behaard. Jonge exemplaren zijn oranjerood behaard.
 
De bij bezoekt de bloemen van Boswilg Salix caprea, Sleedoorn Prunus spinosa, Winterbloeiende Heide Erica carnea en Grauwe Wilg Salix cinerea.

Als nestgelegenheid worden bestaande holtes in muren of dood hout gebruikt. Meestal wordt de nestplaats gekozen op zongerichte leem- of lösswanden. De broedcellen worden afgesloten met behulp van zand en modder vermengd met speeksel.
Soms wordt een verlaten nestholte gebruikt van de Gewone Sachembij Anthophora plumipes.

Het is een zuidelijke soort, die waarschijnlijk door de klimaatverandering oprukt naar het noorden.

De nesten zijn vrijwel identiek aan die van de Rosse Metselbij.

Metselbijen zijn algemeen gezien robuuste bijen met een sterke beharing.

Wanneer een zogenaamd bijenhotel wordt gebouwd in de tuin, bestaande uit holle stengels of houtblokken met boorgaten (7 – 11 mm), dan zal deze bij één van de eerste gasten zijn om een nest uit te bouwen.