NATUURLEXICON


Tengere Grasjuffer   

Ischnura pumilio


De Tengere Grasjuffer Ischnura pumilio is een zeldzamer waterjuffer dan het verwante Lantaarntje Ischnura elegans.

Bij het mannetje is een derde van het achtste achterlijfssegment en het volledige negende segment blauw gekleurd. Bij het vrouwtje ontbreekt de blauwe kleur in het achterlijf wel. Zij heeft wel een oplichtend oranje gekleurd borststuk, dat bij veroudering olijfgroen wordt.

Deze libel is een uitgesproken pioniersoort en is vaak aan te treffen bij kwelplasjes, recent ontstane plassen, bomputten, tijdelijke plassen en zelfs bij plasjes van karrensporen. Het water is veelal ondiep en niet beschaduwd door bomen of struiken. Als de plassen een dichtere vegetatie krijgen, verdwijnt deze soort vrij snel.

In zandgroeven, wachtbekkens en bezinkingsbekkens kunnen populaties lange tijd standhouden omdat geschikte habitats steeds opnieuw door menselijke activiteit gecreëerd worden. Van daaruit kunnen dan geschikte biotopen, zoals pas aangelegde poelen en tuinvijvers, gekoloniseerd worden.  

De eitjes worden door het vrouwtje solitair afgezet in plantenstengels, onder of vlak boven de waterspiegel. De eitjes zijn goed in staat om droge periodes te overleven.

De nimf kan zich snel ontwikkelen en de soort kan 2 generaties per jaar voortbrengen. De ontwikkeling van ei tot adult stadium kan in één seizoen gebeuren, wat uitzonderlijk is voor libellen.

Deze libel vertoont vaak zwerfgedrag en koloniseert op die manier gunstige, nieuwe terreinen. In Nederland komt deze soort vooral op de hogere zandgronden voor.

Verdroging van de voortplantingsbiotopen kan de soort plaatselijk doen verdwijnen.    

Home