NATUURLEXICON


Resistentie


1. De term resistentie staat in de ecologie voor weerstand.

Het is een vorm van stabiliteit in een ecosysteem, waarbij het systeem een grote mate van weerstand heeft tegen verstoring van buitenaf. Dit betekent dat het biologisch evenwicht in een bepaald gebied niet snel verschuift als gevolg van externe prikkels. Gebieden met een grote resistentie, zoals rietlanden, kunnen veel verstoring verdragen, maar dat wil niet zeggen dat ze bestand zijn tegen elke vorm en elke mate van verstoring. Een andere vorm van stabiliteit in een ecosysteem is elasticiteit.

2. De term resistentie staat eveneens voor het weerstandsvermogen van dieren - vooral plaagdieren - tegen chemische bestrijdingsmiddelen of antibiotica.

Resistentie treedt na enige tijd onvermijdelijk op als een bepaald bestrijdingsmiddel of antibioticum meermaals gebruikt wordt. Bij de eerste toepassing wordt bijna 100 % van de populatie gedood. Slechts enkele individuen die een natuurlijke weerstand tegen het middel hebben kunnen overleven. De nakomelingen van deze individuen zullen doorgaans ook resistent zijn, zodat een nieuwe populatie plaagdieren een groter percentage resistente individuen heeft. Daarom zijn steeds andere bestrijdingsmiddelen noodzakelijk. Een probleem hierbij is dat dieren die resistent zijn tegen een bepaalde stof vaak ook resistent zijn tegen vergelijkbare stoffen. Dit verschijnsel heet kruisresistentie. Daarom is een geïntegreerde bestrijding niet alleen efficiënter maar ook milieuvriendelijker omdat bij deze bestrijding gebruik wordt gemaakt van ecologische mechanismen, zoals de inzet van natuurlijke predatoren (bijvoorbeeld sluipwespen).

De toepassing van de genoemde stoffen leidt niet tot het ontstaan van resistente individuen, maar tot het ontstaan van een resistente populatie.

Home