NATUURLEXICON


Poel


Een poel is een kleine, ondiepe watermassa met weinig of geen stroming in het water. Hij wordt al dan niet door een waterloop gevoegd, maar is er door zijn ligging van gescheiden. Hij is doorgaans ondiep.

Waterplanten kunnen zich over de hele oppervlakte vestigen. De meeste poelen zijn door de mens gegraven of onder menselijke invloed ontstaan (veedrinkpoelen, bomkraters, uitgravingen, enz.).

In het bijzonder voor amfibieën zijn poelen van groot belang.  

Ideale poelen hebben een oppervlakte van 25 vierkante meter, een diepte van 50 cm in de zomer en zijn matig begroeid.

Een poel is maximum 150 vierkante meter groot.

Poelen met een rijk en boeiend natuurleven worden steeds zeldzamer. De oorzaken zijn velerlei: het gebrek aan onderhoud waardoor ze dichtgroeien, de overbeweiding, de verdroging, de verzuring, de vermesting, het dichtstorten, de uitbreiding van bebouwing en het uitzetten van exoten.

Home