NATUURLEXICON


De Kleine Vossenlintworm Echinococcus multilocularis is een lintworm van nauwelijks enkele mm groot. Hij heeft de Vos Vulpes vulpes als eindgastheer en een knaagdier als tussengastheer.

De eitjes van deze lintworm verlaten het lichaam van de Vos via diens uitwerpselen en komen zo vrij in het milieu. Ze kunnen vervolgens door andere dieren, zoals knaagdieren worden opgenomen samen met de planten die ze eten. Wanneer de eitjes in de darm van bijvoorbeeld een knaagdier terechtkomen, komen er zeer kleine larfjes vrij die doorheen de darmwand dringen en zo via de bloedvaten doorheen het lichaam worden getransporteerd. In bepaalde organen, zoals de lever, zullen deze larven zich ontwikkelen tot een zogenaamde blaasworm.

Wanneer een geïnfecteerd knaagdier opgegeten wordt door een Vos, is de cyclus rond.

Via het eten van bosvruchten, via het manipuleren van Vossen of via huisdieren kunnen mensen eitjes of larven van de lintworm binnenkrijgen. Het larvale wormstadium kan zich dan als een soort (lever)cyste ontwikkelen, die zich verder kan uitzaaien en stilaan het hele orgaan vernietigen, met de dood tot gevolg.

Mensen die rechtstreeks in contact komen met Vossen lopen het meeste risico.

Bestrijding van Vossen in het kader van de bestrijding van de Vossenlintworm zal geen wezenlijk effect sorteren. Alle in het wild levende zoogdieren kunnen trouwens bij nauw contact met de mens infectieziekten overbrengen. Een aangepaste hygiëne is de boodschap.


Home


Kleine Vossenlintworm

Echinococcus multilocularis