NATUURLEXICON
Kikkerbeet
Hydrocharis morsus-
Kikkerbeet Hydrocharis morsus-
De plant houdt vooral van kalkarme en minstens gedeeltelijk beschaduwde wateren. De plant vermeerdert zich door knoppen te vormen, die afvallen, op de waterbodem overwinteren en in het voorjaar uitgroeien tot nieuwe planten. Ook via geslachtelijke weg (stuifmeel) kan de plant worden verspreid. Op de plaatsen waar deze plant nog voorkomt, kunnen zich grote bestanden vormen. De plant komt vrijwel niet voor in grote, open wateren.
Van juni tot augustus bloeien de mooie witte gesteelde en alleenstaande bloemen. De blaadjes zijn niervormig. De rozetten van drijfbladeren hebben talrijke uitlopers. De knoppen aan deze uitlopers vallen in de herfst af en overwinteren in het slik. De bladrozetten sterven af. De winterknoppen groeien en duiken als nieuwe planten op.
De zaden zinken tijdens de herfst naar de bodem en ontkiemen het jaar daarop.
De vruchten zijn besjes. De plant drijft vrij in het water.
Deze plant is door de drijvende bladeren met name van belang voor de Kleine Spinnende Watertor Hydrochara caraboides, die voor de bouw van de cocon drijvende plantenresten gebruikt.
Kikkerbeet is tevens een belangrijke waardplant van het Kroosvlindertje Cataclysta lemnata.