NATUURLEXICON


Hyalommateek

Hyalomma marginatus


De Hyalommateek Hyalomma marginatus, ook Reuzenteek genoemd, is een grote teek die wijdverspreid voorkomt in Noord-Afrika en Azië en ook reeds in Zuid- en Oost-Europa voorkomt. De teek werd ook reeds gemeld in Duitsland, Hongarije, Finland, Rusland, het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Nederland en mogelijks Spanje en waarnemingen mogen dus binnenkort ook worden verwacht in Vlaanderen.

Deze teek is beduidend groter dan de Schapenteek Ixodes ricinus. Een opvallend kenmerk van de teek zijn de gestreepte poten. De teek beweegt zich opvallend snel voort.  

De teek verplaatst zich zelfstandig niet over grote afstanden, maar kan wel over grote afstanden worden vervoerd door de gewervelde gastheren zoals trekvogels en hoefdieren. Vooral de import van vee uit de landen waar deze teek reeds voorkomt brengt een risico mee. Vogels (zoals Tapuit, Rietzanger, Gekraagde Roodstaart en Grasmus) kunnen de nimfen van deze teek met zich meedragen.

Van belang voor de overleving van deze teek zijn de minimumtemperaturen in de herfst. Relatief warme herfsttemperaturen bevorderen de vervelling van nimfen tot volwassen teken, waardoor een verspreiding in geschikte aangrenzende gebieden vergemakkelijkt wordt. De klimaatverandering kan de verspreiding van deze teek dus begunstigen.  

Net als andere teken kent deze teek 4 ontwikkelingsstadia. De larven vervellen op de gastheer waar ze bloed hebben gezogen. Op dezelde gastheer zuigen ze ook als nimf bloed. De volwassen teken voeden zich met het bloed van een andere gastheer. Alle stadia kennen de grootste activiteit in de zomermaanden. Nadat ze volgezogen zijn, laten de nimfen zich vroeg in de zomer los om zich te vervellen naar een volwassen teek, die gaat overwinteren.

De volwassen teek wordt in het voorjaar actief als de temperatuur ongeveer 10 graden Celsius heeft bereikt. Bij een temperatuur tussen 22 en 27 graden Celsius en een voldoende hoge luchtvochtigheid gaat de teek actief op zoek naar een gastheer. De paring gebeurt ook op de gastheer. Volgezogen vrouwtjes laten zich van de gastheer vallen en leggen duizenden eitjes in de grond waarna ze sterven. De larven komen na 20 tot 40 dagen uit de eitjes.

In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Schapenteek Ixodes ricinus wacht de Hyalommateek niet passief op een mogelijke gastheer. De volwassen Hyalommateek gaat actief op zoek naar gastheren. De voorkeur gaat hierbij uit naar grote dieren (paarden, runderen schapen, geiten, herten, Wilde Zwijnen). Ook mensen kunnen door deze teek als gastheer worden gekozen.  

De teek verstopt zich op de grond en rent actief naar een gastheer wanneer de teek bepaalde signalen (trillingen, ammoniak, koolstofdioxide, lichaamstemperatuur) waarneemt. De volwassen teek kan de potentiële gastheer 10 minuten of langer actief volgen en dit over een afstand van 100 meter.

De onvolwassen exemplaren hebben een voorkeur voor kleinere zoogdieren (Haas, Spitsmuis) en op de grond foeragerende vogels (zangvogels, hoenderachtigen).

De Hyalommateek houdt zich vooral op in open of hoogstens struikachtige vegetaties. In loofbossen is deze soort nog niet gevonden.

De teek wordt beschouwd als de belangrijkste vector (overdrager) van het Krim-Congovirus. Dit virus wordt beschouwd als een opkomende ziekteverwekker in Europa. In Spanje zou in 2020 een man zijn overleden aan het Krim-Congovirus. Familieleden van de man meldden dat hij de week ervoor een teek bij zichzelf had verwijderd.

De gevolgen van de klimaatverandering vergroten de kans dat Vlaanderen in de nabije toekomst gekoloniseerd wordt door de Hyalommateek. De minimumtemperaturen in de late herfst blijken bepalend te zijn voor de overleving van deze teek. De lage temperaturen in de late herfst dwingen volgezogen nimfen tot overwintering, met daaropvolgend een hoog sterftecijfer. Warmere omstandigheden in de herfst zorgen voor de vervelling van nimfen naar volwassen teken, waardoor de sterfte afneemt en een geleidelijke verspreiding in geschikte aangrenzende gebieden mogelijk wordt. De afgelopen jaren was het in Vlaanderen vaak warm tot zeer warm. De herfst is al verschillende jaren op rij vrij zacht (2020). Zelfs de winters waren uitzonderlijk zacht. Deze omstandigheden kunnen volstaan voor de Hyalommateek om het volwassen stadium te bereiken.

Home