NATUURLEXICON


Ekster

Pica pica   



De Ekster Pica pica  is een vogel met een lengte tot 45 cm. Hij is zwart en heeft een lange wigvormige staart, witte flanken en een witte buik. De staart vertoont een paarse, rode, blauwe en groene weerschijn (iriserend).

Deze vogel bouwt een overdekt groot nest van taken, zowel in hoge bomen als in struiken. In april-mei legt het vrouwtje 5 tot 7 eieren die het vrouwtje alleen bebroedt. Mannetje en vrouwtje voeden de nestjongen. In het broedseizoen bouwen Eksters vaak meerdere nesten; lang niet alle nesten zijn bezet. Een deel van deze nesten wordt vaak in gebruik genomen door andere vogels, zoals Ransuil, Torenvalk of Boomvalk.

Waar de populatie gelijk blijft, kan het aantal nesten dus wel toenemen. Doordat het binnenwerk van het nest wordt ingesmeerd met modder (soms ook met poep) vormt het nest een stevig bouwwerk. De nesten kunnen daardoor na gebruik jarenlang in de boom blijven zitten.   

De jongen hebben een korte staart.

De Ekster is een opportunist die zich meer en meer in tuinen, parken en villawijken vertoont.

Zoals veel andere diersoorten “verstedelijkten” ook de Eksters. Een verstedelijkt gebied biedt veel voordelen: er is in steden vaak meer structuurverscheidenheid dan in landelijke gebieden met de monotone cultuurwoestijnen; de gemiddelde temperatuur ligt hoger in verstedelijkte gebieden;  er is minder predatiedruk en de jacht is er verboden. Vroeger kwamen Eksters meer voor op het platteland, doordat het aanbod aan Veenmollen (grote krekels), mestkevers en muizen hier vroeger ook groter was.

Bejaging van Eksters is zinloos, doordat de geschoten exemplaren, zeker in het broedseizoen, snel door een vervangende partner worden opgevolgd.

Dominante Eksters worden vervangen door verschillende, minder dominante Eksters met een kleiner territorium. Net als bij Zwarte Kraaien Corvus corone zorgt dit voor hogere broeddichtheden. Eksters zijn territoriumverdedigers. Ze hebben een sociale rangorde. Ze zullen zich alleen voortplanten als ze een territorium en een nest bezitten. Zwervende Eksters komen daar nooit aan toe. Slechts een viertal van de gelegde eieren worden jonge vogels die sterk genoeg zijn om het nest te verlaten. Eekhoorns Sciurus vulgaris, Zwarte Kraaien Corvus corone en katten zijn de vijanden.

Eksters slaan soms wel vinkachtigen, mussen, Merels Turdus merula, Zanglijsters Turdus philomelos en Spreeuwen Sturnus vulgaris en staan ook bekend als nestrovers, maar het menu bestaat toch voor ongeveer 70 procent uit insecten, afhankelijk van het aanbod van alternatieve voedselbronnen zoals slakken, muizen, granen of zaden.

Ze verschalken kleine vogeltjes –en dit wekt misschien afschuw- maar ze doen dit slechts tijdens een heel korte periode in het jaar. Zangvogels reageren op de predatiedruk door hun nesten op meer beschutte plaatsen te bouwen of door meerdere malen per jaar te broeden. Door te zorgen voor veel nakomelingen zijn verliezen door ziekte, predatie of slechte weersomstandigheden eigenlijk ingecalculeerd. Een teruglopende zangvogelstand treedt bovendien meestal op waar de Eksterstand ook afneemt.    

Vaak zijn het juist Eksters die als eerste alarm slaan bij naderend onheil zoals een huiskat of roofvogel. Op die manier voorkomen ze dus zelfs sterfte bij de kleine zangvogels.

Eksters gaan trouwens ook hun prooidieren selecteren. Dit zorgt ervoor dat de overlevenden een betere conditie hebben.

Op of nabij snelwegen eten Eksters ook heel wat aas, zoals verkeersslachtoffers. Het aantal Eksters zal steeds worden bepaald door het beschikbare voedselaanbod. Een opgedreven bejaging betekent voor de overblijvende Eksters minder voedselconcurrentie. Verlaten nesten blijven sterk en worden vaak overgenomen door Zwarte Kraaien Corvus corone,kraaien, duiven, de Ransuil Asio otus of de Torenvalk Falco tinnunculus.  

Vroeger kwamen de Ekster meer voor op het platteland, doordat het aanbod aan Veenmollen Gryllotalpa gryllotalpa (grote krekels), mestkevers en muizen toen ook groter was. Hij past zich gemakkelijk aan, maar blijft toch voorzichtig van aard.  

Onder andere door het verschijnen van de Havik in bosgebieden trekken meer en meer Eksters naar de stedelijke gebieden. Een toename van het aantal Eksters in de steden zegt niets over de landelijke populatie van deze vogel.  

Het is een standvogel bij ons en zwerft in de winter rond.

De schade die Eksters veroorzaken aan maïs, fruitbomen, aardbeien of zaaibedden is verwaarloosbaar en mits afdoende afweermiddelen eenvoudig te voorkomen.   

De Ekster draagt bij tot de verspreiding van bomen, in het bijzonder de Okkernoot Juglans regia. Net als andere kraaiachtigen verstopt de vogel zaden, waaronder noten, als voedselvoorraad. Wanneer een deel van die voorraad niet geconsumeerd wordt, biedt dat kansen voor de verspreiding van de plant wanneer deze zaden gaan kiemen. De vogel zorgt dus voor de verbreiding van de volgende generatie bomen. Slechts een minderheid van de noten die de Ekster verstopt, wordt uiteindelijk door de vogel als voedsel benut. Een deel van die noten ontkiemt en groeit uit tot nieuwe bomen.  

Home