NATUURLEXICON


Distelvlinder

Vanessa cardui



De Distelvlinder Vanessa cardui behoort tot de aurelia’s.

Deze vlinder heeft een vleugelspanning tot 60 mm en vliegt vanaf maart tot oktober. De bovenkant van de vleugels is roodbruin gekleurd met een zwarte tekening. In de vleugelpunt is er een witte vlektekening.

Deze zeer algemene vlinder komt zowat in alle biotopen voor. We vinden deze soort vooral in halfnatuurlijke graslanden, ruigten en bloemrijke tuinen.

Het is een trekvlinder, die normaal gesproken vanaf april terugkeert uit Zuid-Europa. Deze vlinder keert tegenwoordig (2019) al in februari en maart terug.  

De aangekomen vlinders brengen bij ons één generatie per jaar voort. Soms zijn er 2 generaties. In het najaar (oktober) trekt hij weer zuidwaarts naar de overwinteringsgebieden in Noord-Afrika. In de herfst sterven er veel volwassen vlinders.

De eitjes worden afzonderlijk gelegd op de bladeren van de waardplanten.

De waardplanten van de rupsen zijn Akkerdistel Cirsium arvense, Kale Jonker Cirsium palustre, Speerdistel Cirsium vulgare, Gewone Klit Arctium minus, Muskuskaasjeskruid Malva moschata en in mindere mate ook Grote Brandnetel Urtica dioica.

Er zijn ook reeds waarnemingen van ei-afzet op Slangenkruid Echium vulgare en Gewone Smeerwortel Symphytum officinale.

De waardplanten die worden gekozen staan meestal in een lage vegetatie en in de volle zon. De rupsen zijn okergeel of olijfgroen met gele strepen. Ze vreten vaak de hele waardplant kaal. De verpopping vindt meestal plaats in de omgeving van de waardplant, maar niet op de waardplant zelf.   

De rupsen worden graag gegeten door de Grauwe Gors Emberiza calandra, een vogel.

Home