NATUURLEXICON


Bruine Eikenpage

Satyrium ilicis   



De Bruine Eikenpage Satyrium ilicis is een vlinder die vooral te vinden is aan bosranden, langs brede bospaden of in struwelen met jonge opslag of aanplant van Eik-soorten Quercus species en op een voedselarme zandbodem. Er moeten voldoende nectarbloemen te vinden zijn. Deze soort vliegt in één generatie per jaar van half juni tot begin augustus.

De eitjes worden afgezet op de waardplanten Zomereik Quercus robur en andere Eik-soorten Quercus species.

De ei-afzet gebeurt meestal op de zuidoostkant van vrij jonge Zomereiken, maar mogelijk ook op andere Eik-soorten die vaak niet hoger zijn dan 4 meter. Meestal worden de eitjes op de takken gelegd, maar bij zeer kleine bomen, kunnen de eitjes zelfs laag bij de grond op de stam gelegd worden.   

De overwintering gebeurt in de ei-fase. In april sluipen de rupsjes uit en klimmen naar de groeipunten van de takken van de waardplant.

De rupsen worden bijna voortdurend bezocht door mieren. In mei zijn de rupsen volgroeid en zoeken ze onder de Eik in de strooisellaag een plekje om te verpoppen.

De mannetjes voeren een baltsvlucht uit bij vaak hoge bomen, waarbij in een spiraal naar de top van de boom gevlogen wordt. De vlinders kunnen zich over meerdere kilometers verplaatsen langs bosranden en struwelen met een voldoende groot nectaraanbod.

De bosranden moeten dus structuurrijk genoeg zijn. Grootschalig bosbeheer is ongunstig voor deze soort. Een grootschalige houtkap is ongunstig , omdat hierdoor kale kapvlakten ontstaan, die ongeschikt zijn voor deze vlinder. Zoomvegetaties met kleinere bomen verdwijnen en het nectaraanbod wordt te klein. Het behoud van braamstruiken is hiervoor ook belangrijk. De bosrand wordt dus best slechts af en toe gemaaid.

Het verdwijnen van het hakhoutbeheer bij Eik-soorten is ongunstig voor deze soort.

Door de bomen regelmatig terug te zetten, verjongen ze en blijven ze laag.  

Een afwisseling tussen percelen met grotere bomen, open bos en kapvlakten met voldoende jongere bomen in diverse stadia is wel gunstig.

Eik-soorten die in duinen groeien blijven door de zilte wind van nature klein en daarom geschikt voor deze vlinder. Maar in de duinen kan een achteruitgang worden veroorzaakt door het verdwijnen van voldoende nectarplanten op een korte afstand van de bomen.

Geschikte gebieden die op een niet te grote afstand zijn gelegen, kunnen spontaan bereikt worden als ze niet te ver van een bestaande populatie liggen.


Home