NATUURLEXICON


 Bosuil

Strix aluco   



De Bosuil Strix aluco is een uil met een opvallend rond gezicht. Hij meet tot 38 cm. Hij heeft een bruin lichaam met onderaan donkere strepen. Zijn ogen zijn donker. Hij heeft geen oorpluimen. De roep klinkt als een schel “kewik”; de zang is een diep “hoe-hoe-hoe”.

Deze soort is sterk aan zijn standplaats gebonden.

Deze uil nestelt in boomholten en in oude roofvogelhorsten, soms ook in oude gebouwen en in holten in de grond, zoals konijnenholen. Soms maakt hij een broedplaats in schouwen.

In maart-april legt het vrouwtje 3 of 4 eieren, die zij bebroedt, gedurende ongeveer een maand. Beide ouders voederen de jongen. Het vrouwtje broedt 1 of 2 keer per jaar, afhankelijk van het voedselaanbod. Het koppel kan soms agressie vertonen ten aanzien van mensen die zich te dicht bij het nest begeven.

De vogel voedt zich voor een groot deel met nestjongen van zangvogels en muizen. Verder behoren vleermuizen, amfibieën, kevers, wormen en soms ook vissen tot zijn prooien. Het broedsucces blijft deels afhankelijk van de muizenaantallen.  

Het is een vrij schaarse broedvogel van bosgebieden. Hij is te zien in oude bossen, parken en ook wel grote tuinen. Deze uil wordt de laatste jaren meer en meer gezien in stedelijke gebieden.     

Hij is gevoelig tijdens de voortplantings- en broedperiode, van januari tot en met augustus. Het kappen van rotte bomen (nestplaats) vormt een bedreiging voor de soort. 


Home